Home
Idioms
Top 1000 Words
Top 5000 Words


Example sentences for "aan"

Lexicographically close words:
aanteekeningen; aasvogels; abaat; abaca
  1. Een regenscherm had-i niet, en hy versleet driemaal meer aan schoeisel en kleeren, dan door de vier-stuivers die hy inderdaad in den tapisseriewinkel wist aftedingen, kon worden gedekt.

  2. Vraag maar aan alle menschen, of-i niet gebouwd is door Erik Holsma.

  3. Een ingenieur is niet alle dag in de gelegenheid zijne krachten aan fantastische voorstellingen te beproeven en de fauna der Apocalypsis of de schepping der Duizend en een Nacht met een dier van eigen vinding te verrijken.

  4. Welke plannen hebben er over eene ontginning aan deze verlaten kuststrook gespookt in het hoofd van den man, die gedurende 3 jaren civiel-gezaghebber van Noord-Oost-Halmaheira was?

  5. Zij vallen niemand aan die niet met haar in aanraking komt; maar zoodra ze bij ongeluk gestooten of getrapt worden, springen zij overeind en bijten, hetgeen in de meeste gevallen doodelijk is.


  6. The above list will hopefully give you a few useful examples demonstrating the appropriate usage of "aan" in a variety of sentences. We hope that you will now be able to make sentences using this word.